Het leven wordt niet met de rug naar de straat geleefd

 
De Roskam, Onafhankelijk Weekblad voor Twente - door Arno van der Plank

Wat een schitterend sinterklaascadeau - een boek, natuurlijk - heb ik dit jaar gekregen: de nieuwe roman van Wanda Reisel, Een man een man. Jammer van het uiterlijk. Het gebruikte korps en de overdreven interlinie doen vermoeden dat de lay-out van het kerstrode omslag uitbesteed is aan een sociale werkplaats voor visueel gehandicapten. Maar de inhoud is subliem! Die had een kalfslederen band met goud- en blindstempels verdiend. Reisel is een rasvertelster die van de eerste tot de laatste letter weet te boeien. Als u dit boek niet onder de kerstboom vindt, moet u uzelf maar eens verwennen.

De twee hoofdpersonen, Eden Pendraat en Duco Hellenberg, zijn vrienden voor het leven. Dat leven duurt hier niet zo lang, want in het eerste hoofdstuk loopt Eden verdwaasd door Amsterdam. Hij weet niet meer precies wat er gebeurd is, maar hij denkt dat hij zijn vriend Duuk met een mes vermoord heeft. Ontredderd neemt hij contact op met zijn jeugdliefde Babet en via gesprekken met haar krijgt de lezer een exposé van het voorafgaande.

Duco Hellenberg is de zoon van een rijke industrieel met een duister verleden - gekleed in SD-tenue liquideerde deze in de oorlog verraders. Hij is net zo gewetenloos en charmant als zijn vader, die schaamte noch nederigheid kent en ook om fatsoen hartelijk moet gnuiven. Wanneer Eden Duco een keer ter verantwoording roept, antwoordt die: 'Een geweten werkt net zo geweldig als lood in je schoenen op een woestijnwandeling. Wat heb je eraan? Weg ermee, hopla!' Enerzijds stoort Duuks egoïsme Eden, maar anderzijds wekt het zijn bewondering.

Eden Pendraat is de zoon van een historicus, 'een omhooggevallen leraar die op een lectorsbaan aan de universiteit had gereageerd'. Op geen enkele manier kan hij aan de hoge verwachtingen van zijn ouders voldoen. Op zijn negentiende begint hij een verhouding met Anneke, studente Nederlands en kraakster, die een kind van hem wil en krijgt, maar vervolgens haar eigen leven leidt. Eden heeft daar weinig moeite mee, want van liefde is nauwelijks sprake. Hij geniet alleen van de omgang met zijn zoon Ilja.

Na zijn middelbare schooltijd houdt Duco zich vooral bezig met de kunsthandel en de kunstvervalsing. Aan alles wat hij onderneemt kleeft de prikkelende smaak van balanceren op de rand van. Hij dóét wat Eden nog niet eens heeft bedacht en als vanzelfsprekend betrekt hij hem constant bij zijn louche zaakjes. Ondanks zijn succes en rijkdom is Duuk jaloers op Eden en geleidelijk pakt hij hem alles af: zijn ouders, zijn vrouw, zijn kind. Uiteindelijk rest Eden niets anders dan de figurantenrol van aanwezige.

Mocht u door het voorafgaande het idee hebben dat alles heel voorspelbaar is, dan vergist u zich uitermate. Dit is niet Een bed in de hemel! De talrijke intriges en onverwachte wendingen zorgen ervoor dat dit schoolvoorbeeld van de confessieroman permanent blijft verrassen.

Website by JetNet - © Wanda Reisel 2012